Roeien ’s Middags

09-03-2014 16:18
 
We gleeën
Getweeëen                    A
Tesaam in een boot         B
De stroom was mee en 
Terwijl we niets deeën      A
Vooruit zij toch schoot        B
 
De weien                        A
In rijen 
Schoven voorbij …           B
En wij niets zeien: 
In stil verblijen                 A
Elkander nabij!                B
 
Analyse:
Het is een liefdes gedicht dat Nijhoff schreef toen hij 16 was. Zelf vind ik het een erg mooi gedicht. Het klinkt rustig in mijn oren en ik zie ook voor me hoe twee mensen in een bootje op het water dobberen. 
Het gedicht gaat over twee mensen die verliefd zijn en samen in een boot op het water drijven. Ze varen op het water en zijn stil.
Rijmschema: gekruiste rijm
Gleeën en getweeën rijmen ook, net als weien en rijen.
Er is gebruik gemaakt van eindrijm, want telkens de laatste woorden rijmen.
Ook is er personificatie gebruikt. Er staat: De weien in rijen schoven voorbij...
Weien kunnen niet schijven, dus is dit een personificatie. Verder gebruikte martinus weinig beeldspraak en stijfiguren, deze staan er dan ook niet in. 
 
Jeroen

 

Contact

martinus nijhof